“Ik ben zo bang dat hij mij in de steek laat”, zegt ze. “Ik word er gespannen van, voel me benauwd en er ontstaat een soort van paniek. Waarop ik dan weer naar buiten ren om te roken, terwijl ik dat eigenlijk helemaal niet wil”. Pillen tegen de angst, de spanning en om te stoppen met roken hebben niet het gewenste resultaat opgeleverd. Op de vraag wat ze het liefste wil, zegt ze: “Ik wil me goed voelen, ik wil niet zo bang zijn dat ie weggaat. Ik wil meer vertrouwen hebben en sterk zijn…”
Ik vraag haar de volgende zin te herhalen: iets in mij is bang… Klopt dat? Vraag ik. Ze knikt bevestigend; “Ja, dat klopt, iets in mij is bang”
Angst en onzekerheid maken oude patronen en reflexen in ons wakker. Patronen die normaal gesproken wat dieper verborgen zijn, maar in de huidige omstandigheden heel duidelijk aan de oppervlakte komen. Patronen ook die je vaker ongemerkt toepast op die momenten dat het spannend, onzeker of ongemakkelijk wordt. De vraag is hoe je daar mee om kan en wilt gaan. Grofweg worden er op dit moment twee bewegingen zichtbaar.
“M’n kop kan me gek maken”, zegt Rob. “Zolang ik bezig ben of sport dan gaat het wel, maar zodra ik alleen ben en wanneer ik even niets te doen heb, dan gaat het maar door. In de avond of als ik in de nacht wakker wordt, dan krijg ik het niet meer rustig. Ademhalingsoefeningen, meditaties, niets lijkt dan meer te helpen…”
De huidige omstandigheden (en noodzakelijke maatregelen) brengen je keihard in contact met de belangrijke waarden in jouw leven. De waarden vrijheid, gezondheid en vertrouwen. Hoe kan jij deze waarden ook nu in jouw leven invulling blijven geven zonder dat je daarbij afhankelijk wordt van de situatie om jou heen? Wat kan jij doen of laten om je vrij te blijven voelen terwijl je bewegingsruimte van buitenaf steeds verder beperkt wordt? Waar kan jij invloed uitoefenen om ervoor te zorgen dat je gezond bent en blijft en met zo min mogelijk kleerscheuren uit deze strijd komt? Hoe ga je om met onzekerheid en hou je contact met de plek van vertrouwen terwijl alles in jou schreeuwt om duidelijkheid en maar al te graag wil weten waar het aan toe is?
Van klacht naar kans; hoe kan jij koers houden en aan het roer blijven staan van jouw leven, ook wanneer het stormachtig en onzeker is?
Martha is eind vijftig en slaapt niet meer. Al heel lang niet meer. Wanneer ik het uitvraag blijkt inderdaad dat ze op een goede nacht hooguit vier uur pakt, vaak nog veel minder en dan ook nog eens onderbroken. Ze heeft van alles al geprobeerd: diverse specialisten gezien, een veelvoud aan medicijnen voorgeschreven gekregen en van alle slaapattributen die ze thuis heeft staan kan ze inmiddels een eigen winkel beginnen. Uiteraard vraag ik naar slaaphygiëne als beweging, de plek waar ze slaapt en het gebruik van beeldschermen. Ze doet het volgens het boekje, op een manier waar ik nog een voorbeeld aan zou kunnen nemen en uit haar zak haalt ze een telefoon uit het tijdperk van de eerste Nokia. Ik bespeur bij mezelf een groot niet-weten en iets in mij dat heel graag een oplossing voor haar wil. Niet alleen voor haar, maar ook voor mezelf. Ik kies bewust voor de route van niet-weten.
Hoe zou het eruit zien? Vraag ik. Sander is eind veertig en zit met gesloten ogen voor mij. Hij vertelt hoe hij zichzelf over een erf ziet lopen. Een boerderij met meerdere appartementen, een grote kas, paarden, een werkplaats… En wat merk je wanneer je dit verlangen helemaal waar laat zijn? Hij schudt wat met z’n hoofd, haalt z’n schouders op en opent dan z’n ogen… Ik weet niet, dan ben ik het even kwijt. En als je dát kwijt bent, wat is er dan wel? Ja, dan is er onrust, een ongemakkelijk gevoel op mijn borst, in mijn buik, niet prettig…
Wat werkt er niet in jouw leven? Vraag ik. Dat ik het te druk heb in mijn werk en dagelijkse leven. Ik ben altijd gehaast. Opnieuw stel ik de vraag: en wat werkt daar niet in? Dat er teveel van mij gevraagd wordt. Door mijn werkgever, door mijn klanten, de mensen om mij heen. En wat werkt daar niet in voor jóu? Dat ik regelmatig over mijn grenzen ga. En welke prijs betaal je daarvoor? Dat ik me niet lekker voel. En als je je niet lekker voelt, hoe voel je je dan wel? Niet fijn. En als je je niet fijn voelt, hoe dan wel? Ja, eh… ongemakkelijk, niet blij…
“Iets in mij wil het heel graag weten…”
Een uitspraak die vaak voorbij komt. Een uitspraak ook waar je een grote prijs voor betaalt in je fysieke en mentale gezondheid.
Er is op zich niets mis met “willen weten”. Een zeer functioneel en logisch mechanisme en vanuit het hoofd gezien komt dat ook vanuit de allerbeste intentie. Immers: als je maar wéét waar je naartoe gaat, als je het begrijpt en snapt en wéét wat er gaat gebeuren, dan geeft dat een gevoel van rust. En misschien wel een gevoel van vertrouwen en daarmee een gevoel van veiligheid. Overigens een illusie van veiligheid, want je hebt geen idee wat er over 5 minuten gaat gebeuren… Het feit dat het hoofd daar vanuit de allerbeste intentie komt, wil echter niet zeggen dat het ook altijd het beste voor je hóeft te zijn. Een subtiel, maar waardevol verschil.
Perfectionisme, de lat hoog leggen en doorzetten zijn zeer waardevol. Het zijn eigenschappen die je in staat stellen om het allerbeste uit jezelf te halen en op die manier prestaties neer te zetten en successen te boeken. Totdat je het perfectionisme en de resultaten nodig gaat hebben om je goed te voelen… Dán heeft je perfectionisme leiding gekregen over jou in plaats van andersom. En ga je keuzes maken uit angst om iets te verliezen in plaats van dat je keuzes maakt vanuit een verlangen.
Sommige situaties zijn nu eenmaal complex. We kunnen dan geneigd zijn om het eenvoudiger te willen maken. Maar daarmee doe je de situatie misschien wel te kort. Wanneer het gevolg kan zijn dat je van baan zal moeten veranderen of dat je besluit om de relatie te verbreken dan heeft dat nu eenmaal grote gevolgen. Je kunt echter wel besluiten om te komen vanuit een plek van simpelheid.
18 jaar is ze. Na haar eindexamen uiteindelijk gekozen voor een “tussenjaar”. Ze werkt en heeft het eigenlijk wel naar haar zin. Desondanks knaagt er iets in haar: “Ik moet toch iets van een studie gaan doen. Al weet ik niet zo goed wat…”. Op de vraag waarom antwoordt ze dat iedereen in haar omgeving studeert en precies weet wat ze willen in hun leven. Het geeft haar een onrustig en machteloos gevoel. Het maakt haar klein en zonder waarde… waardeloos.
Waarom verander ik dan niet? Als mijn lichaam zo duidelijk aangeeft dat het niet kloppend is, waarom blijf ik dan doen wat niet goed is voor mij?
Je maakt deel uit van een netwerk. Een netwerk van verbindingen. Verbindingen niet alleen met personen; je partner, kinderen, familie, vrienden, kennissen, collega’s. Maar ook verbindingen in materiële zin. De verbinding met de plek waar je woont, de auto die je rijdt, de vakanties die je doet, de plek op de maatschappelijke ladder. En iets in jou wil deze verbinding het liefste behouden.