
Onrust en machteloosheid als krachtbron van energie
Hoe zou het eruit zien? Vraag ik. Sander is eind veertig en zit met gesloten ogen voor mij. Hij vertelt hoe hij zichzelf over een erf ziet lopen. Een boerderij met meerdere appartementen, een grote kas, paarden, een werkplaats… En wat merk je wanneer je dit verlangen helemaal waar laat zijn? Hij schudt wat met z’n hoofd, haalt z’n schouders op en opent dan z’n ogen… Ik weet niet, dan ben ik het even kwijt. En als je dát kwijt bent, wat is er dan wel? Ja, dan is er onrust, een ongemakkelijk gevoel op mijn borst, in mijn buik, niet prettig…
Gevoel van veiligheid
Hij zit al jarenlang in een eigen, goedlopend bedrijf. Het geeft hem een gevoel van financiële zekerheid en daarmee ook een gevoel van veiligheid. Tegelijkertijd merkt hij dat het hem steeds minder voldoening geeft en dat hij het liefst iets anders zou willen. De vraag is echter wat en hoe. Hij heeft geen idee, wel merkt hij in toenemende mate dat hij last heeft van zijn lichaam. Buikklachten, vermoeidheid, irritatie en somberheid komen steeds vaker voor. Maar er gaat ook heel veel wel goed, geeft hij aan. Misschien is het wel beter om de situatie zoals die is te aanvaarden, er positiever naar te kijken en daar mijn weg in te vinden…
Wat gebeurt er wanneer je precies op die scheidslijn gaat staan? Daar waar je contact maakt met je diepe verlangen en je jezelf realiseert dat het er nog niet is. Wat merk je dan? Tsja, dat het te groot is, dat gaat waarschijnlijk toch niet lukken.
Verlangen
Hoe groter ons verlangen, hoe groter de kans op kwetsing. Door jouw verlangen uit te spreken dan zeg je daar niet mee dat je huidige leven verschrikkelijk slecht is. Nee, er gaat heel veel goed in je leven. Maar daarnaast heb je ook een verlangen. Je bent een vrij en willend wezen, jij mag iets willen. Wanneer je jouw verlangen zo groot mogelijk maakt, dan kan dat een spannende plek zijn. Door dat waar te laten zijn, dan neemt de kans op kwetsing evenredig toe. Stel je maar voor dat je iets heel erg graag wilt, en dat het vervolgens om wat voor reden dan ook niet doorgaat, niet gerealiseerd kan worden, of dat je eraan begonnen bent en het vervolgens mislukt; hoe zal dat voelen? Op z’n zachtst gezegd ongemakkelijk. Veel waarschijnlijker; verdrietig, waardeloos en pijnlijk.
En om die pijn niet te hoeven voelen passen we een zeer effectieve strategie toe: we geven op aan ons verlangen: “Ach, laat ook maar, het gaat vast toch niet lukken. Ik heb het nu toch ook best goed, waarom zou ik daar voor gaan?” Zeer effectief en begrijpelijk in de wereld van de logica, maar niet in de wereld van de menselijkheid. Door op te geven aan je verlangen voorkom je inderdaad dat je de pijn en het ongemak van de kwetsing zal voelen. Maar het praktische resultaat ervan is dat je iedere dag al gekwetst wordt, want je verlangen wordt niet gerealiseerd! En dat ga je voelen…
Onrust
Het besef dat je diepe wens of verlangen er nog niet is, kan een gevoel van onrust, machteloosheid, irritatie en frustratie geven. Dat kan zo lastig voelen dat we ook daar zo snel mogelijk vandaan willen. Je hebt deze frustratie echter nodig om je verlangen uiteindelijk te kunnen realiseren. Juist door steeds met deze frustratie in contact te komen en daar nieuwsgierig te blijven, brengt het je regelrecht in verbinding met dat wat je eigenlijk, steeds opnieuw, ten diepste wilt. Om die verandering uiteindelijk tot stand te brengen is energie nodig. Voldoende energie om in een nabije of verderop gelegen toekomst daar ook daadwerkelijk vorm aan te kunnen geven. Die frustratie van het voelen wat je wél wilt, maar dat het er nog niet is, díe levert je die energie op, net zolang totdat je zegt: En nou ben ik er klaar mee, nu ga ik het doen ook! En daar is tijd voor nodig.
Er is tijd nodig om dat vat met energie zo groot en krachtig te krijgen dat het voldoende is om ook daadwerkelijk die stap te zetten, wat er ook gebeurt. En iedere keer dat je weg gaat van die lastige plek, iedere keer dat je het ongemak omzeilt door andere gedachten, afleiding, voeding, sport, medicatie of welke vorm dan ook, dan vertraag je het proces van opbouwen van energie om te komen tot verandering. Sterker nog, door die afleiding trek je het ventiel eruit en stroomt de energie die je juist zo hard nodig hebt, net zo hard weer weg.
Bereidheid om gekwetst te worden
Om je verlangen te realiseren is er dus een bereidheid nodig om gekwetst te mogen worden. Én heb je hoe dan ook contact te maken met die lastigheid. De pijn, de irritatie, de frustratie dat het er nog niet is. Je hebt daar plaats te nemen, precies daar in dat gat tussen realiteit en verlangen. En daar te blijven. In rust en in stilte. Zonder daar iets te gaan doen. Zodat de antwoorden aan je kunnen verschijnen, door steeds weer opnieuw contact te maken met je verlangen. En als het je frustreert, machteloos en onzeker maakt: voel dat dan maar. Dat is heel succesvol, want je bent op dat moment aan het bouwen aan je energievoorraad en kom je steeds een stapje dichter bij het moment dat je verlangen daadwerkelijk ergens een keer in een verderop of nabijgelegen toekomst tot expressie gaat komen.
Sander sluit opnieuw zijn ogen. Het beeld komt weer naar voren. Hij voelt de onrust en de frustratie van het niet weten. Langzaam transformeert het naar een energie waardoor hij enthousiasme voelt in zijn onderbuik, bekrachtigd door een voorzichtige glimlach.